|
Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11
Er zijn 20 woorden beginnend met AFNEafneem afneembaar afneemt afneep afnemen afnemend afnemende afnemer afnemers afnemertje afnemertjes afneming afnemingen afnepen afneus afneusde afneusden afneust afneuzen afneuzend 27 definities gevonden- afneem — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afnemen.
- afneembaar — bijv. Met de mogelijkheid om iets van iets anders af te halen.
- afneemt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afnemen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afnemen.
- afneep — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afnijpen.
- afnemen — w. Overgankelijk iemand iets ~: iemand iets doen verliezen. — w. Overgankelijk een bepaalde hoeveelheid kopen bij een producent. — w. Overgankelijk van een bepaalde plaats verwijderen, afdoen, wegnemen.
- afnemend — w. Onvoltooid deelwoord van afnemen. — bijv. Kleiner worden van de verlichting van de maan in de periode… — bijv. Achteruitgaand.
- afnemende — w. Verbogen vorm van afnemend, het onvoltooid deelwoord van afnemen.
- afnemer — n. (Handel) individueel persoon of rechtspersoon die goederen…
- afnemers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord afnemer.
- afnemertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord afnemer.
- afnemertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord afnemer.
- afneming — n. Vermindering. — n. Iets of iemand ergens van verwijderen.
- afnemingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord afneming.
- afnepen — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van afnijpen.
- afneus — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afneuzen.
- afneusde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afneuzen.
- afneusden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van afneuzen.
- afneust — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afneuzen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afneuzen.
- afneuzen — w. Stiekem uit nieuwsgierigheid ergens naar kijken.
- afneuzend — w. Onvoltooid deelwoord van afneuzen.
| |