|
Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 16 17
Er zijn 25 woorden beginnend met ATTAattaca —— attaca's attache attaché attaque —— attachee attaches attachés attaques —— attachees attaqueer —— attachment attaqueert attaqueren —— attacheetje attachments attaqueerde attaquerend —— attacheetjes attaqueerden attaquerende —— attachékoffer —— attachékoffers —— attachékoffertje —— attachékoffertjes 35 definities gevonden- attaca — n. (Muziek) zonder pauze doorgaan met een nieuw deel van een muziekstuk. — n. (Muziek) iemand die aangeeft wanneer men moet beginnen.
- attaca's — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord attaca.
- attache — n. Toevoegsel, aanhechtsel.
- attaché — n. (Beroep) werknemer verbonden aan een gezantschap (consulaat of ambassade).
- attaque — n. (Medisch) plotseling sterk opkomende ziekteverschijnselen. — n. (Militair) (verouderd) geheel van krachtige gevechtshandelingen… — n. (Figuurlijk) plotselinge scherpe kritiek.
- attachee — n. (Beroep) vrouwelijke vorm van attaché.
- attaches — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord attache.
- attachés — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord attaché.
- attaques — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord attaque.
- attachees — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord attachee.
- attaqueer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van attaqueren. — w. Gebiedende wijs van attaqueren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van attaqueren.
- attachment — n. (Informatica) bestand dat met een e-mail wordt meegezonden.
- attaqueert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van attaqueren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van attaqueren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van attaqueren.
- attaqueren — w. Overgankelijk een aanval openen op iets of iemand, ook figuurlijk. — w. (Sport) het tempo verhogen bij het wielrennen.
- attacheetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord attaché. — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord attachee.
- attachments — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord attachment.
- attaqueerde — w. Enkelvoud verleden tijd van attaqueren.
- attaquerend — w. Onvoltooid deelwoord van attaqueren.
- attacheetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord attaché. — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord attachee.
- attaqueerden — w. Meervoud verleden tijd van attaqueren.
- attaquerende — w. Verbogen vorm van attaquerend, het onvoltooid deelwoord van attaqueren.
- attachékoffer — n. Rechthoekige, afsluitbare, niet vervormbare handkoffer voor…
- attachékoffers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord attachékoffer.
- attachékoffertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord attachékoffer.
- attachékoffertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord attachékoffer.
Zie deze lijst voor:
| |