Lijst met woorden van 10 letters beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
Er zijn 21 woorden van tien letters beginnend met BANDbandageert bandageren bandagetje Bandatalen bandeautop bandeliers bandenpech bandenplak banderilla bandfilter bandietjes banditisme bandmoffen bandmofjes bandoneons bandopname bandremmen bandrobben bandrobjes bandvormig bandzaagje 23 definities gevonden- bandageert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bandageren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bandageren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van bandageren.
- bandageren — w. Ter versteviging omzwachtelen met repen textiel.
- bandagetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bandage.
- Bandatalen — eig. (Taalkunde) verzamelnaam van een zestal talen die in Congo…
- bandeautop — n. (Kleding) bikini.
- bandeliers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bandelier.
- bandenpech — n. Een lekkeband.
- bandenplak — n. (Fietsen) middel waarmee men een plakker op het gaatje van…
- banderilla — n. Een versierde stok met weerhaken aan het einde, gebruikt bij…
- bandfilter — n. (Elektronica) filter dat frequenties die buiten een bepaald…
- bandietjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bandiet.
- banditisme — n. Het optreden van bandieten, georganiseerde misdadigheid.
- bandmoffen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bandmof.
- bandmofjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bandmof.
- bandoneons — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bandoneon.
- bandopname — n. Geluidsopname gemaakt met een bandrecorder.
- bandremmen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bandrem.
- bandrobben — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bandrob.
- bandrobjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bandrob.
- bandvormig — bijv. Vorm van een band hebbend.
- bandzaagje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bandzaag.
Zie deze lijst voor:
|