|
Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Er zijn 24 woorden beginnend met BETUbetuig betuigde betuigden betuigen betuigend betuigende betuiging betuigingen betuigt betuline betuttel betuttelaar betuttelaars betuttelaartje betuttelaartjes betuttelde betuttelden betuttelen betuttelend betuttelende betutteling betuttelingen betuttelt Betuwelijn 34 definities gevonden- betuig — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuigen. — w. Gebiedende wijs van betuigen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuigen.
- betuigde — w. Enkelvoud verleden tijd van betuigen. — w. Verbogen vorm van betuigd, voltooid deelwoord van betuigen.
- betuigden — w. Meervoud verleden tijd van betuigen.
- betuigen — w. Overgankelijk iets duidelijk stellen.
- betuigend — w. Onvoltooid deelwoord van betuigen.
- betuigende — w. Verbogen vorm van betuigend, het onvoltooid deelwoord van betuigen.
- betuiging — n. Verklaring dat je bepaalde gevoelens of gedachten hebt.
- betuigingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord betuiging.
- betuigt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van betuigen.
- betuline — n. (Leerbewerking) harsige, kamferachtige en conserverende stof…
- betuttel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuttelen. — w. Gebiedende wijs van betuttelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuttelen.
- betuttelaar — n. Iemand die betuttelt.
- betuttelaars — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord betuttelaar.
- betuttelaartje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord betuttelaar.
- betuttelaartjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord betuttelaar.
- betuttelde — w. Enkelvoud verleden tijd van betuttelen.
- betuttelden — w. Meervoud verleden tijd van betuttelen.
- betuttelen — w. Overgankelijk paternalistisch, bemoeizuchtig, vitterig behandelen.
- betuttelend — w. Onvoltooid deelwoord van betuttelen.
- betuttelende — w. Verbogen vorm van betuttelend, het onvoltooid deelwoord van betuttelen.
- betutteling — n. Het overmatig bezorgd en dwingend zorgen voor iemand.
- betuttelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord betutteling.
- betuttelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuttelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betuttelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van betuttelen.
- Betuwelijn — n. (Transport) treinverbinding voor goederenvervoer tussen Rotterdam… — n. (Transport) (verouderd) treinverbinding tussen Dordrecht en…
Zie deze lijst voor:
| |