Woordenlijsten Zoek woorden

Lijst met woorden beginnend met

Snelle modus

Klik om de zevende letter te kiezen

Klik om de zesde letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetischAllemaal op maat7891011121314


Er zijn 24 woorden beginnend met BESPRE

bespreekbespreekbaarbespreek␣nabespreektbespreekt␣nabesprekbesprekenbesprekendbesprekendebespreken␣nabesprekerbesprekersbesprekingbesprekingenbesprekinkjebesprekinkjesbesprengenbesprenkelbesprenkeldebesprenkeldenbesprenkelenbesprenkelendbesprenkelendebesprenkelt

42 definities gevonden

  • bespreek — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bespreken. — w. Gebiedende wijs van bespreken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bespreken.
  • bespreekbaar — bijv. Daar waar over gesproken kan worden, daar waar over onderhandeld…
  • bespreek␣na — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabespreken. — w. Gebiedende wijs van nabespreken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabespreken.
  • bespreekt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bespreken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bespreken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van bespreken.
  • bespreekt␣na — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabespreken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabespreken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van nabespreken.
  • besprek — n. Afspraak, overeenkomst, akkoord. — n. Bespreking.
  • bespreken — w. Overgankelijk een gesprek over een bepaald onderwerp voeren; overleggen. — w. Overgankelijk beoordelen, recenseren. — w. Overgankelijk vooruit bestellen.
  • besprekend — w. Onvoltooid deelwoord van bespreken.
  • besprekende — w. Verbogen vorm van besprekend, het onvoltooid deelwoord van bespreken.
  • bespreken␣na — w. Meervoud tegenwoordige tijd van nabespreken.
  • bespreker — n. Iemand die iets beoordeelt en daarover spreekt of schrijft;…
  • besprekers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bespreker.
  • bespreking — n. Een mondeling overleg. — n. Een tekst met een oordeel, een rescensie.
  • besprekingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bespreking.
  • besprekinkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bespreking.
  • besprekinkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bespreking.
  • besprengen — w. Bevochtigen, , druppeltjes neer doen vallen.
  • besprenkel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besprenkelen. — w. Gebiedende wijs van besprenkelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besprenkelen.
  • besprenkelde — w. Enkelvoud verleden tijd van besprenkelen. — w. Verbogen vorm van besprenkeld, voltooid deelwoord van besprenkelen.
  • besprenkelden — w. Meervoud verleden tijd van besprenkelen.
  • besprenkelen — w. Overgankelijk druppels van een vloeistof ergens over strooien. — w. (Figuurlijk) iets overheen strooien.
  • besprenkelend — w. Onvoltooid deelwoord van besprenkelen.
  • besprenkelende — w. Verbogen vorm van besprenkelend, het onvoltooid deelwoord van besprenkelen.
  • besprenkelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besprenkelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besprenkelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van besprenkelen.
Vorige lijstVolgende lijst
Willekeurig woordTerug naar boven

Zie deze lijst voor:

  • Engels WikiWoordenboek: 7 woorden
  • Frans WikiWoordenboek: geen woord
  • Spaans WikiWoordenboek: geen woord
  • Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
  • Duits WikiWoordenboek: 79 woorden
  • Portugees WikiWoordenboek: geen woord


Ortograf Inc.Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid.
© Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.