Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de zevende letter te kiezen
Klik om de zesde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Er zijn 22 woorden beginnend met BUNDELbundel bundelde bundelden bundelden␣samen bundelde␣samen bundelen bundelend bundelende bundelen␣samen Bundeli bundeling bundelingen bundels bundel␣samen bundelt bundeltje bundeltjes bundelt␣samen bundelzwam bundelzwammen bundelzwammetje bundelzwammetjes 31 definities gevonden- bundel — n. Zijdelings bijeengehouden verzameling langwerpige voorwerpen. — n. Een verzameling teksten in één drukwerk verzameld. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bundelen.
- bundelde — w. Enkelvoud verleden tijd van bundelen.
- bundelden — w. Meervoud verleden tijd van bundelen.
- bundelden␣samen — w. Meervoud verleden tijd van samenbundelen.
- bundelde␣samen — w. Enkelvoud verleden tijd van samenbundelen.
- bundelen — w. Overgankelijk in een bundel tezamen nemen. — w. De krachten bundelen: door samen te werken sterker worden.
- bundelend — w. Onvoltooid deelwoord van bundelen.
- bundelende — w. Verbogen vorm van bundelend, het onvoltooid deelwoord van bundelen.
- bundelen␣samen — w. Meervoud tegenwoordige tijd van samenbundelen.
- Bundeli — n. (Taal) een taal die in India gesproken wordt.
- bundeling — n. Het bundelen.
- bundelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bundeling.
- bundels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bundel.
- bundel␣samen — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van samenbundelen. — w. Gebiedende wijs van samenbundelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van samenbundelen.
- bundelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bundelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bundelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van bundelen.
- bundeltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bundel.
- bundeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bundel.
- bundelt␣samen — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van samenbundelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van samenbundelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van samenbundelen.
- bundelzwam — n. (Schimmels) (voeding) Pholiota nameko een van oorsprong Japanse…
- bundelzwammen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bundelzwam.
- bundelzwammetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bundelzwam.
- bundelzwammetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bundelzwam.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 1 woord
- Frans WikiWoordenboek: geen woord
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 23 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
|