Lijst met woorden beginnend met

  Snelle modus

Klik om de achtste letter te kiezen

Klik om de zevende letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  7  8  9  10  11  12  13  14  15  16

Er zijn 20 woorden beginnend met CARPOOL

carpool  carpoolde  carpoolden  carpoolen  carpoolend  carpoolende  carpooler  carpoolers  carpoolertje  carpoolertjes  carpooling  carpoolplaats  carpoolplaatsen  carpoolplaatsje  carpoolplaatsjes  carpoolstroken  carpoolstrook  carpoolstrookje  carpoolstrookjes  carpoolt

24 definities gevonden

• carpool — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van carpoolen. — w. Gebiedende wijs van carpoolen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van carpoolen.
• carpoolde — w. Enkelvoud verleden tijd van carpoolen.
• carpoolden — w. Meervoud verleden tijd van carpoolen.
• carpoolen — w. Inergatief samen in één auto naar het werk rijden.
• carpoolend — w. Onvoltooid deelwoord van carpoolen.
• carpoolende — w. Verbogen vorm van carpoolend, het onvoltooid deelwoord van carpoolen.
• carpooler — n. (Verkeer) automobilisten die in de auto van één van hen, samen…
• carpoolers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord carpooler.
• carpoolertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord carpooler.
• carpoolertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord carpooler.
• carpooling — n. Het met meerdere mensen in één auto van en naar het werk rijden.
• carpoolplaats — n. (Verkeer) parkeerplaats voor auto’s van carpoolers.
• carpoolplaatsen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord carpoolplaats.
• carpoolplaatsje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord carpoolplaats.
• carpoolplaatsjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord carpoolplaats.
• carpoolstroken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord carpoolstrook.
• carpoolstrook — n. (Verkeer) rijstrook voor voertuigen met meerdere passagiers…
• carpoolstrookje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord carpoolstrook.
• carpoolstrookjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord carpoolstrook.
• carpoolt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van carpoolen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van carpoolen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van carpoolen.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 11 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 2 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.