Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 9 11 12 13 14 15 16
Er zijn 24 woorden beginnend met ESPEespen Espen —— Espens —— espenblad espenhout Esperanto —— espenbladen espenblaren esperantist —— espenblaadje Esperantisch esperantiste —— espenblaadjes espenbladeren esperantisten esperantistes esperantologe esperantoloog —— esperantologen esperantologes esperantologie —— esperantoloogje —— esperantologisch esperantoloogjes 27 definities gevonden- espen — bijv. (Materiaalkunde) gemaakt uit hout afkomstig van de ratelpopulier. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord esp.
- Espen — eig. (Mannelijke naam) jongensnaam.
- Espens — eig. Genitief van Espen.
- espenblad — n. Blad van een ratelpopulier bekend van de uitdrukking ’trillen… — n. (Vlinders) Phyllodesma tremulifolia een nachtvlinder uit de…
- espenhout — n. Hout van de ratelpopulier (Populus tremula ) waarvan men klompen…
- Esperanto — n. (Taal) een internationale kunsttaal die oorspronkelijk ontworpen… — bijv. Gerelateerd aan de internationale kunsttaal Esperanto.
- espenbladen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord espenblad.
- espenblaren — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord espenblad.
- esperantist — n. Spreker van het Esperanto.
- espenblaadje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord espenblad.
- Esperantisch — bijv. (Neologisme) gerelateerd aan de internationale kunsttaal Esperanto.
- esperantiste — n. Vrouwelijke vorm van esperantist.
- espenblaadjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord espenblad.
- espenbladeren — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord espenblad.
- esperantisten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord esperantist.
- esperantistes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord esperantiste.
- esperantologe — n. (Beroep) vrouwelijke vorm van esperantoloog.
- esperantoloog — n. (Beroep) een taalkundige die de esperantologie beoefent.
- esperantologen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord esperantoloog.
- esperantologes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord esperantologe.
- esperantologie — n. (Wetenschap) de filologie van de kunsttaal Esperanto.
- esperantoloogje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord esperantoloog.
- esperantologisch — bijv. Met betrekking tot de esperantologie.
- esperantoloogjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord esperantoloog.
Zie deze lijst voor:
|