Woordenlijsten Zoek woorden

Lijst met woorden beginnend met

Snelle modus

Klik om de elfde letter te kiezen

Klik om de tiende letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetischAllemaal op maat101213141516171819


Er zijn 23 woorden beginnend met INSTRUMENT

instrumentinstrumentaalinstrumentairinstrumentalesinstrumentalisinstrumentalisjeinstrumentalisjesinstrumentalisseninstrumentariainstrumentariuminstrumentariumpjeinstrumentariumpjesinstrumentariumsinstrumentatieinstrumentatiesinstrumenteelinstrumenteninstrumentenbouwerinstrumentenbouwersinstrumentjeinstrumentjesinstrumentmakerinstrumentmakers

25 definities gevonden

  • instrument — n. (Gereedschap) werktuig. — n. (Figuurlijk) hulpmiddel om iets te kunnen realiseren. — n. (Muziek) verkort voor muziekinstrument.
  • instrumentaal — bijv. Met behulp van instrumenten uitgevoerd.
  • instrumentair — bijv. (Juridisch) voor de vorm.
  • instrumentales — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instrumentalis.
  • instrumentalis — n. (Grammatica) een naamval die aangeeft dat een zelfstandig naamwoord…
  • instrumentalisje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord instrumentalis.
  • instrumentalisjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord instrumentalis.
  • instrumentalissen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instrumentalis.
  • instrumentaria — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instrumentarium.
  • instrumentarium — n. De voor een bepaald doel benodigde gezamenlijke instrumenten.
  • instrumentariumpje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord instrumentarium.
  • instrumentariumpjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord instrumentarium.
  • instrumentariums — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instrumentarium.
  • instrumentatie — n. (Muziek) orkestratie, het zodanig toekennen van muziekinstrumenten…
  • instrumentaties — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instrumentatie.
  • instrumenteel — bijv. Dienend als, met de aard van een instrument, een hulpmiddel.
  • instrumenten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instrument.
  • instrumentenbouwer — n. (Beroep) iemand die werktuigen bouwt.
  • instrumentenbouwers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instrumentenbouwer.
  • instrumentje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord instrument.
  • instrumentjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord instrument.
  • instrumentmaker — n. (Beroep) iemand die instrumenten maakt.
  • instrumentmakers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instrumentmaker.
Willekeurig woordTerug naar boven

Zie deze lijst voor:



Ortograf Inc.Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid.
© Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.