Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de zevende letter te kiezen
Klik om de zesde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 17 19 20
Er zijn 25 woorden beginnend met INSCHEinscheep inscheept inscheepte inscheepten inschenk inschenkassistent inschenkassistenten inschenkassistentje inschenkassistentjes inschenken inschenkend inschenkende inschenkt inschepen inschepend inschepende inscheping inschepingen inscheur inscheurde inscheurden inscheuren inscheurend inscheurende inscheurt 29 definities gevonden- inscheep — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inschepen.
- inscheept — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inschepen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inschepen.
- inscheepte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van inschepen.
- inscheepten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van inschepen.
- inschenk — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inschenken.
- inschenkassistent — n. (Beroep) iemand die helpt met het inschenken van dranken.
- inschenkassistenten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord inschenkassistent.
- inschenkassistentje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord inschenkassistent.
- inschenkassistentjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord inschenkassistent.
- inschenken — w. Overgankelijk een vloeistof in een beker of glas laten stromen.
- inschenkend — w. Onvoltooid deelwoord van inschenken.
- inschenkende — w. Verbogen vorm van inschenkend, het onvoltooid deelwoord van inschenken.
- inschenkt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inschenken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inschenken.
- inschepen — w. Wederkerend zich ~: aan boord gaan van een schip voor een reis ermee.
- inschepend — w. Onvoltooid deelwoord van inschepen.
- inschepende — w. Verbogen vorm van inschepend, het onvoltooid deelwoord van inschepen.
- inscheping — n. Aan boord gaan van een schip.
- inschepingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord inscheping.
- inscheur — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inscheuren.
- inscheurde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van inscheuren.
- inscheurden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van inscheuren.
- inscheuren — w. Overgankelijk scheuren van de rand naar het midden van een voorwerp. — w. Overgankelijk kapot gaan van de vrouwelijke geslachtsdelen bij de baring.
- inscheurend — w. Onvoltooid deelwoord van inscheuren.
- inscheurende — w. Verbogen vorm van inscheurend, het onvoltooid deelwoord van inscheuren.
- inscheurt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inscheuren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inscheuren.
|