|
Lijst met woorden van 4 letters beginnend met Snelle modus Klik om de derde letter te kiezen
Klik om de tweede letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 21 woorden van vier letters beginnend met KNknak knal knap knar knas knel kneu knie knik knip knok knol knop knor knot knuf knul knus knut Knut KNVB 50 definities gevonden- knak — n. Kort, droog geluid van iets dat breekt (knakt). — n. Breuk, waarbij de delen blijven samenhangen. — n. Beschadiging, schade.
- knal — n. Een kort, hard en luid geluid als van een ontploffing. — n. Versterkend voorvoegsel (spreektaal) gebruikt als eerste deel… — bijv. (Jongerentaal) (verouderd) buitengewoon, geweldig (“vooral…
- knap — bijv. Verstandig. — bijv. Mooi, aantrekkelijk. — bijw. Tamelijk, behoorlijk.
- knar — n. Van een persoon dat deze oud en taai is. — n. (Jongerentaal) botterik, domoor. — n. Van een kluif dat er weinig vlees aan zit.
- knas — n. (Jiddisch-Hebreeuws) boete. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knassen. — w. Gebiedende wijs van knassen.
- knel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knellen. — w. Gebiedende wijs van knellen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knellen.
- kneu — n. (Vogels) Carduelis cannabina , een vinkachtige zangvogel.
- knie — n. (Anatomie) gewricht in het midden van het been dat het bovenbeen… — n. Iets dat rechthoekig omgebogen is.
- knik — n. Een snelle neerwaartse beweging met het hoofd als bevestiging of groet. — n. Een geknakte plek. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knikken.
- knip — n. Portemonnee. — n. Schuifsluiting op een deur. — n. Zeer taaie kleisoort.
- knok — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knokken. — w. Gebiedende wijs van knokken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knokken.
- knol — n. Een verdikte wortelstok waarin een plant voedsel opslaat. — n. (Groente) koolraap, een eetbare wortel van een plant uit het… — n. Een aftands werkpaard.
- knop — n. (Techniek) klein, meestal rond, uitstekend deel van een apparaat… — n. (Plantkunde) het begin van een uitloper zoals tak, blad of… — n. Uiteinde van een steekwapen aan de kant van het handvat.
- knor — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knorren. — w. Gebiedende wijs van knorren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knorren.
- knot — n. Rond zichzelf opgewonden draad of bundel draden, vezels of haar. — n. (Vogels) kanoetstrandloper. — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van knotten#gebiedende wijs van knotten.
- knuf — n. Korte, droge hoest. — n. Snauw.
- knul — n. (Informeel) jongen, jongeman. — n. (Verouderd) iemand die sullig en onhandig is.
- knus — bijv. Aangenaam van gezelschap en enigszins intiem.
- knut — n. (Insecten) een klein stekend mugje uit de familie Ceratopogonidae.
- Knut — eig. (Mannelijke naam) jongensnaam.
- KNVB — n. (Initiaalwoord), (afkorting) Koninklijke Nederlandse VoetbalBond.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 27 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 3 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: 1 woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 8 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |