|
Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vierde letter te kiezen
Klik om de derde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11
Er zijn 25 woorden beginnend met KAVKavalaans kavalje kavaljes kavana kavanot Kavaratti kavel kavelde kavelden kavelden␣uit kavelde␣uit kavelen kavelend kavelende kavelen␣uit kaveling kavelingen kavels kavelt kaveltje kaveltjes kavelt␣uit kavel␣uit kaviaar kavod 37 definities gevonden- Kavalaans — n. (Taal) Austronesische taal die op Taiwan gesproken wordt.
- kavalje — n. Een oud en vervallen huis. — n. Oud paard.
- kavaljes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kavalje.
- kavana — n. (Jiddisch-Hebreeuws) toewijding bij godsdienstige handelingen.
- kavanot — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kavana.
- Kavaratti — eig. (Toponiem) Hoofdstad van het Indiaas unieterritorium Lakshadweep.
- kavel — n. Stuk grond dat als één geheel in kadaster wordt beschreven. — n. Één of meer voorwerpen die als één geheel worden geveild. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kavelen.
- kavelde — w. Enkelvoud verleden tijd van kavelen.
- kavelden — w. Meervoud verleden tijd van kavelen.
- kavelden␣uit — w. Meervoud verleden tijd van uitkavelen.
- kavelde␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitkavelen.
- kavelen — w. Verloten. — w. Splitsen. — w. Verdelen in kavels.
- kavelend — w. Onvoltooid deelwoord van kavelen.
- kavelende — w. Verbogen vorm van kavelend, het onvoltooid deelwoord van kavelen.
- kavelen␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitkavelen.
- kaveling — n. Een afgescheiden deel van een geheel. — n. Een verdeling in kavels.
- kavelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kaveling.
- kavels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kavel.
- kavelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kavelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kavelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van kavelen.
- kaveltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kavel.
- kaveltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord kavel.
- kavelt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkavelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkavelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitkavelen.
- kavel␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkavelen. — w. Gebiedende wijs van uitkavelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkavelen.
- kaviaar — n. (Voeding) De onbevruchte eitjes van de steur.
- kavod — n. (Jiddisch-Hebreeuws) eer, prestige, decorum.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 30 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 17 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 111 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |