Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de zevende letter te kiezen
Klik om de zesde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 9 10 11 12 15 16 17 18 19
Er zijn 23 woorden beginnend met KANDIDkandidaat kandidaatje kandidaatjes kandidaat-raadsleden kandidaat-raadslid kandidaats kandidate kandidaten kandidatenlijst kandidatenlijsten kandidatenlijstje kandidatenlijstjes kandidatenziekte kandidates kandidaturen kandidatuur kandideer kandideerde kandideerden kandideert kandideren kandiderend kandiderende 32 definities gevonden- kandidaat — n. (Politiek) iemand die zich verkiesbaar gesteld heeft voor een politiek ambt. — n. Iemand die zich beschikbaar geteld heeft voor een baan of functie. — n. Een deelnemer aan een spelshow.
- kandidaatje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kandidaat.
- kandidaatjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord kandidaat.
- kandidaat-raadsleden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kandidaat-raadslid.
- kandidaat-raadslid — n. (Politiek) iemand die verkozen wil worden als lid van de gemeenteraad.
- kandidaats — n. (Onderwijs) (verouderd) een universitair diploma dat de universiteit…
- kandidate — n. (Politiek) vrouw die zich verkiesbaar gesteld heeft voor een politiek ambt. — n. Vrouw die zich beschikbaar geteld heeft voor een baan of functie, gegadigde. — n. Een deelneemster aan een spelshow.
- kandidaten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kandidaat.
- kandidatenlijst — n. Lijst met kandidaten voor een bepaalde functie.
- kandidatenlijsten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kandidatenlijst.
- kandidatenlijstje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kandidatenlijst.
- kandidatenlijstjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord kandidatenlijst.
- kandidatenziekte — n. (Medisch) ingebeelde aandoening bij iemand die halverwege zijn…
- kandidates — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kandidate.
- kandidaturen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kandidatuur.
- kandidatuur — n. Het voorgedragen worden voor, of het zelf dingen naar een ambt. — n. Universitaire opleiding in België vergelijkbaar met bachelor.
- kandideer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kandideren. — w. Gebiedende wijs van kandideren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kandideren.
- kandideerde — w. Enkelvoud verleden tijd van kandideren.
- kandideerden — w. Meervoud verleden tijd van kandideren.
- kandideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kandideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kandideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van kandideren.
- kandideren — w. Overgankelijk als kandidaat voorstellen.
- kandiderend — w. Onvoltooid deelwoord van kandideren.
- kandiderende — w. Verbogen vorm van kandiderend, het onvoltooid deelwoord van kandideren.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: geen woord
- Frans WikiWoordenboek: geen woord
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 53 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
|