Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10
Er zijn 22 woorden beginnend met LASSlassen lassen␣aan lassen␣af lassend lassende lassen␣in lassen␣uit lasser lassers lassertje lassertjes lassitudo lasso lassode lassoden lassoën lassoënd lassoot lassootje lassootjes lasso's las␣stuk 27 definities gevonden- lassen — w. Overgankelijk (techniek) door plaatselijke sterke verhitting… — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord las.
- lassen␣aan — w. Meervoud tegenwoordige tijd van aanlassen.
- lassen␣af — w. Meervoud tegenwoordige tijd van aflassen.
- lassend — w. Onvoltooid deelwoord van lassen.
- lassende — w. Verbogen vorm van lassend, het onvoltooid deelwoord van lassen.
- lassen␣in — w. Meervoud tegenwoordige tijd van inlassen.
- lassen␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitlassen.
- lasser — n. (Beroep) iemand die stukken metaal op een naad door sterke…
- lassers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord lasser.
- lassertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord lasser.
- lassertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord lasser.
- lassitudo — n. (Medisch) vermoeidheid.
- lasso — n. Een touw met verschuifbare lus om door er mee te gooien koeien… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lassoën. — w. Gebiedende wijs van lassoën.
- lassode — w. Enkelvoud verleden tijd van lassoën.
- lassoden — w. Meervoud verleden tijd van lassoën.
- lassoën — w. Overgankelijk iets proberen te vangen door met een lasso werpen.
- lassoënd — w. Onvoltooid deelwoord van lassoën.
- lassoot — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lassoën. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lassoën. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van lassoën.
- lassootje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord lasso.
- lassootjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord lasso.
- lasso's — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord lasso.
- las␣stuk — w. Enkelvoud verleden tijd van stuklezen.
Zie deze lijst voor:
|