Woordenlijsten Zoek woorden

Lijst met woorden beginnend met

Snelle modus

Klik om de vijfde letter te kiezen

Klik om de vierde letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetischAllemaal op maat4678910111213


Er zijn 24 woorden beginnend met MERG

mergmergelmergeldemergeldenmergelden␣uitmergelde␣uitmergelenmergelendmergelendemergelen␣uitmergelgroevemergelgroevenmergelgroevesmergeltmergelt␣uitmergel␣uitmergelzaagmergelzaagjemergelzaagjesmergelzagenmergpijpmergpijpenmergpijpjemergpijpjes

34 definities gevonden

  • merg — n. (Anatomie) het zachte weefsel in de kern van een bot. — n. (Plantkunde) het parenchymatische binnenste gedeelte van de…
  • mergel — n. (Geologie) de naam die in het zuiden van Limburg aan krijtgesteente… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mergelen. — w. Gebiedende wijs van mergelen.
  • mergelde — w. Enkelvoud verleden tijd van mergelen.
  • mergelden — w. Meervoud verleden tijd van mergelen.
  • mergelden␣uit — w. Meervoud verleden tijd van uitmergelen.
  • mergelde␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitmergelen.
  • mergelen — w. Overgankelijk (landbouw) met mergel bemesten. — w. Uitputten, folteren.
  • mergelend — w. Onvoltooid deelwoord van mergelen.
  • mergelende — w. Verbogen vorm van mergelend, het onvoltooid deelwoord van mergelen.
  • mergelen␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitmergelen.
  • mergelgroeve — n. (Mijnbouw) een groeve waar mergel uit de grond wordt gehaald.
  • mergelgroeven — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord mergelgroeve.
  • mergelgroeves — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord mergelgroeve.
  • mergelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mergelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mergelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van mergelen.
  • mergelt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitmergelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitmergelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitmergelen.
  • mergel␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitmergelen. — w. Gebiedende wijs van uitmergelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitmergelen.
  • mergelzaag — n. (Mijnbouw) een zaag om mergelblokken te zagen.
  • mergelzaagje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord mergelzaag.
  • mergelzaagjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord mergelzaag.
  • mergelzagen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord mergelzaag.
  • mergpijp — n. (Anatomie) bot met merg erin.
  • mergpijpen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord mergpijp.
  • mergpijpje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord mergpijp.
  • mergpijpjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord mergpijp.
Vorige lijstVolgende lijst
Willekeurig woordTerug naar boven

Zie deze lijst voor:



Ortograf Inc.Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid.
© Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.