Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de zesde letter te kiezen
Klik om de vijfde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 10 11 12 13 14 15 16 17
Er zijn 21 woorden beginnend met MONOCmonochromatisch monochromator monochromators monochromatortje monochromatortjes monochroom monocle monocles monocletje monocletjes monocomponent monocomponenten monocomponentje monocomponentjes monocratie monocratieën monocratietje monocratietjes monoculair monoculturen monocultuur 23 definities gevonden- monochromatisch — bijv. Maar één kleur hebbend. — bijv. (Natuurkunde) van licht dat het bestaat uit elektromagnetische…
- monochromator — n. (Optica) een toestel dat, gewoonlijk door strooiing aan een…
- monochromators — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord monochromator.
- monochromatortje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord monochromator.
- monochromatortjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord monochromator.
- monochroom — bijv. In één kleur, eenkleurig.
- monocle — n. (Optica) een bril voor één oog.
- monocles — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord monocle.
- monocletje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord monocle.
- monocletjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord monocle.
- monocomponent — n. (Medisch) geneesmiddel zonder nevenbestanddelen.
- monocomponenten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord monocomponent.
- monocomponentje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord monocomponent.
- monocomponentjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord monocomponent.
- monocratie — n. Alleenheerschappij.
- monocratieën — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord monocratie.
- monocratietje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord monocratie.
- monocratietjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord monocratie.
- monoculair — bijv. Met één oog of één lens.
- monoculturen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord monocultuur.
- monocultuur — n. (Landbouw) landbouw met één gespecialiseerd gewas. — n. (Sociologie) eenzijdige samenstelling van mensen, producten…
Zie deze lijst voor:
|