Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10
Er zijn 19 woorden beginnend met OMRIomriep omriepen omrij omrijd omrijden omrijdend omrijdende omrijdt omring omringde omringden omringen omringend omringende omringt omrit omritje omritjes omritten 27 definities gevonden- omriep — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van omroepen.
- omriepen — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van omroepen.
- omrij — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omrijden.
- omrijd — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omrijden.
- omrijden — w. Inergatief een langere weg berijden dan gebruikelijk. — w. Ergatief langs een langere weg dan gebruikelijk naar een bepaalde plek gaan.
- omrijdend — w. Onvoltooid deelwoord van omrijden.
- omrijdende — w. Verbogen vorm van omrijdend, het onvoltooid deelwoord van omrijden.
- omrijdt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omrijden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omrijden.
- omring — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omringen. — w. Gebiedende wijs van omringen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omringen.
- omringde — w. Enkelvoud verleden tijd van omringen.
- omringden — w. Meervoud verleden tijd van omringen.
- omringen — w. Overgankelijk aan alle kanten omgeven.
- omringend — w. Onvoltooid deelwoord van omringen. — bijv. Ergens omheen gelegen.
- omringende — w. Verbogen vorm van omringend, het onvoltooid deelwoord van omringen.
- omringt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omringen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omringen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van omringen.
- omrit — n. Een tochtje dat ergens omheen gaat. — n. Een tochtje dat via een omweg gaat.
- omritje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord omrit.
- omritjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord omrit.
- omritten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord omrit.
|