Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11
Er zijn 22 woorden beginnend met OMWOomwoei omwoeien omwoel omwoelde omwoelden omwoelen omwoelend omwoelende omwoeling omwoelingen omwoelt omwolk omwolken omwolkend omwolkte omwolkten omwond omwonden omwonend omwonende omwonenden omwoners 38 definities gevonden- omwoei — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van omwaaien. — w. Enkelvoud verleden tijd van omwaaien.
- omwoeien — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van omwaaien. — w. Meervoud verleden tijd van omwaaien.
- omwoel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwoelen. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwoelen. — w. Gebiedende wijs van omwoelen.
- omwoelde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van omwoelen. — w. Verbogen vorm van omwoeld, voltooid deelwoord van omwoelen. — w. Enkelvoud verleden tijd van omwoelen.
- omwoelden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van omwoelen. — w. Meervoud verleden tijd van omwoelen.
- omwoelen — w. Overgankelijk oppervlakkig omwerken. — w. Overgankelijk wanordelijk door elkaar halen.
- omwoelend — w. Onvoltooid deelwoord van omwoelen.
- omwoelende — w. Verbogen vorm van omwoelend, het onvoltooid deelwoord van omwoelen.
- omwoeling — n. Het met kracht door elkaar halen van iets dat door rust was bezonken.
- omwoelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord omwoeling.
- omwoelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwoelen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwoelen. — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwoelen.
- omwolk — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwolken. — w. Gebiedende wijs van omwolken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwolken.
- omwolken — w. Iets of iemand met wolken omgeven.
- omwolkend — w. Onvoltooid deelwoord van omwolken.
- omwolkte — w. Enkelvoud verleden tijd van omwolken.
- omwolkten — w. Meervoud verleden tijd van omwolken.
- omwond — w. Enkelvoud verleden tijd van omwinden. — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van omwinden.
- omwonden — w. Meervoud verleden tijd van omwinden. — w. Voltooid deelwoord van omwinden. — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van omwinden.
- omwonend — bijv. Om de bedoelde plek wonend.
- omwonende — n. Iemand die ergens in de buurt woont. — n. Buur.
- omwonenden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord omwonende.
- omwoners — n. Groep mensen die bij iets in de buurt woont.
|