Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de zesde letter te kiezen
Klik om de vijfde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11
Er zijn 23 woorden beginnend met OMSPEomspel —— omspeel omspeld omspelt —— omspeelt omspelde omspeldt omspelen —— omspeelde omspeldde omspelden omspelend omspeling omspellen omspeller —— omspeelden omspeldden omspeldend omspelende omspellend omspellers —— omspeldende omspelingen 35 definities gevonden- omspel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspellen.
- omspeel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelen. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelen. — w. Gebiedende wijs van omspelen.
- omspeld — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelden.
- omspelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspellen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspellen.
- omspeelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelen. — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelen.
- omspelde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van omspellen.
- omspeldt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omspelden.
- omspelen — w. Op een handige manier iemand passeren met voetbal of een andere balsport. — w. Een muziekstuk versieren met extra tonen. — w. Vrolijk ergens voortbewegen.
- omspeelde — w. Enkelvoud verleden tijd van omspelen.
- omspeldde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van omspelden.
- omspelden — w. Ómspelden: met spelden ergens omheen bevestigen. — w. Ómspelden: iets meer passend maken door het te vermaken met spelden. — w. Omspélden: met spelden afgrenzen.
- omspelend — w. Onvoltooid deelwoord van omspelen.
- omspeling — n. De keer dat men iemand tijdens een balspel passeert. — n. Het figureren van een melodie door deze te voorzien van extra…
- omspellen — w. Overgankelijk omzetten naar een andere spelling.
- omspeller — n. (Taalkunde) computerprogramma dat een tekst omzet naar de nieuwe…
- omspeelden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van omspelen. — w. Meervoud verleden tijd van omspelen.
- omspeldden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van omspelden.
- omspeldend — w. Onvoltooid deelwoord van omspelden.
- omspelende — w. Verbogen vorm van omspelend, het onvoltooid deelwoord van omspelen.
- omspellend — w. Onvoltooid deelwoord van omspellen.
- omspellers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord omspeller.
- omspeldende — w. Verbogen vorm van omspeldend, het onvoltooid deelwoord van omspelden.
- omspelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord omspeling.
|