Lijst met woorden beginnend met

  Snelle modus

Klik om de zevende letter te kiezen

Klik om de zesde letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  8  9  10  11  12  13  14  16  17  19  20

Er zijn 21 woorden beginnend met OVERLO

overloop  overloopgemeente  overloopgemeenten  overloopgemeentes  overloopgemeentetje  overloopgemeentetjes  overloophevel  overloophevels  overloopheveltje  overloopheveltjes  overloopje  overloopjes  overloopt  overlope  overlopen  overlopend  overlopende  overloper  overlopers  overlopertje  overlopertjes

28 definities gevonden

• overloop — n. Gang op een bovenverdieping. — n. Overlappend. — n. Overgaan van een toestand naar een andere.
• overloopgemeente — n. (Politiek) een aan een grote stad grenzende gemeente waar mensen…
• overloopgemeenten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord overloopgemeente.
• overloopgemeentes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord overloopgemeente.
• overloopgemeentetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord overloopgemeente.
• overloopgemeentetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord overloopgemeente.
• overloophevel — n. (Scheikunde) een hevel aangebracht aan de zijde van een vat…
• overloophevels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord overloophevel.
• overloopheveltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord overloophevel.
• overloopheveltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord overloophevel.
• overloopje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord overloop.
• overloopjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord overloop.
• overloopt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overlopen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overlopen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van overlopen.
• overlope — w. (In een bijzin) enkelvoud tegenwoordige tijd aanvoegende wijs van overlopen.
• overlopen — w. Tot boven de rand van een vat of dijk gevuld raken. — w. In de strijd van zijde wisselen. — w. In elkaar overlopen: verdwijnen van grenzen.
• overlopend — w. Onvoltooid deelwoord van overlopen.
• overlopende — w. Verbogen vorm van overlopend, het onvoltooid deelwoord van overlopen.
• overloper — n. (Militair) iemand die overloopt (naar de vijand). — n. Buis voor het afvoeren van overlopend of overtollig water, een overloop.
• overlopers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord overloper.
• overlopertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord overloper.
• overlopertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord overloper.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 50 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 2 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: 1 woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.