Lijst met woorden van 11 letters beginnend met

  Snelle modus

Klik om de vijfde letter te kiezen

Klik om de vierde letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  4  5  6  7  8  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 25 woorden van elf letters beginnend met POLI

polijstende  polikliniek  polishoppen  politbureau  politicusje  politiearts  politieauto  politiebond  politiechef  politieheld  politiehond  politiekers  politiemens  politiemuts  politiepost  politieteam  politietjes  politiewerk  politiezaak  politiezorg  politioneel  politiseert  politiseren  politoerden  politoerend

31 definities gevonden

• polijstende — w. Verbogen vorm van polijstend, het onvoltooid deelwoord van polijsten.
• polikliniek — n. (Medisch) inrichting waar niet-bedlegerige patiënten (ambulante…
• polishoppen — w. Van de ene (gezondheidsverekerings)polis naar de andere overgaan ??
• politbureau — n. Dagelijks bestuur van de communistische partij.
• politicusje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord politicus.
• politiearts — n. Arts die verbonden is aan het politiekorps en onder andere… — n. Arts die betrokken is bij het politieonderzoek; forensisch arts.
• politieauto — n. Een speciale auto voor politieagenten.
• politiebond — n. Vakbond voor politieambtenaren.
• politiechef — n. Leidinggevende politieagent (maar geen officiële politierang in Nederland).
• politieheld — n. Een moeidge politieagent (in een film of televisieserie).
• politiehond — n. Een hond die door de politie wordt gebruikt voor het uitvoeren…
• politiekers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord politieker.
• politiemens — n. (Beroep) iemand die werkzaam is bij de politie.
• politiemuts — n. (Hoofddeksel) (militair) hoofddeksel van textiel zonder klep… — n. (Hoofddeksel) ander hoofddeksel dan pet of helm dat onderdeel… — n. (Scheldwoord) vrouwelijke medewerker van de politie.
• politiepost — n. Plaats van waaruit politieagenten hun werk doen; wachthuisje van de politie.
• politieteam — n. Groep samenwerkende politieagenten. — n. (Sport) sportteam dat bestaat uit politieagenten.
• politietjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord politie.
• politiewerk — n. Werkzaamheden die de taak van een politieagent vormen.
• politiezaak — n. Een kwestie waar de politie werk van maakt of moet maken.
• politiezorg — n. De algemene werkzaamheden die de politie doet.
• politioneel — bijv. Op de politie betrekking hebbend.
• politiseert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van politiseren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van politiseren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van politiseren.
• politiseren — w. Overgankelijk (politiek) iets tot een politieke zaak maken.
• politoerden — w. Meervoud verleden tijd van politoeren.
• politoerend — w. Onvoltooid deelwoord van politoeren.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 63 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 67 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: 91 woorden
• Italiaans WikiWoordenboek: 80 woorden
• Duits WikiWoordenboek: 39 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: 30 woorden

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.