Lijst met woorden van 11 letters beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 18 19
Er zijn 25 woorden van elf letters beginnend met SNOEsnoeimessen snoeischaar snoeitangen snoeit␣terug snoeiwerken snoeiwerkje snoekachtig snoekduiken snoepcenten snoepcentje snoeperijen snoepertjes snoepgoedje snoepkonten snoepkontje snoeplusten snoepreisje snoepreizen snoepwinkel snoepzakjes snoepzakken snoerden␣aan snoert␣dicht snoeverijen snoezelende 29 definities gevonden- snoeimessen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoeimes.
- snoeischaar — n. (Gereedschap) een stevige, korte schaar voor het snoeien van…
- snoeitangen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoeitang.
- snoeit␣terug — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugsnoeien. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugsnoeien. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van terugsnoeien.
- snoeiwerken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoeiwerk.
- snoeiwerkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord snoeiwerk.
- snoekachtig — bijv. Lijkend op of eigenschappen hebbend van een snoek.
- snoekduiken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoekduik.
- snoepcenten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoepcent.
- snoepcentje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord snoepcent.
- snoeperijen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoeperij.
- snoepertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord snoeper.
- snoepgoedje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord snoepgoed.
- snoepkonten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoepkont.
- snoepkontje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord snoepkont.
- snoeplusten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoeplust.
- snoepreisje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord snoepreis.
- snoepreizen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoepreis.
- snoepwinkel — n. Winkel voor suikerwaren en ander snoepgoed.
- snoepzakjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord snoepzak.
- snoepzakken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoepzak.
- snoerden␣aan — w. Meervoud verleden tijd van aansnoeren.
- snoert␣dicht — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichtsnoeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichtsnoeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van dichtsnoeren.
- snoeverijen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord snoeverij.
- snoezelende — w. Verbogen vorm van snoezelend, het onvoltooid deelwoord van snoezelen.
|