Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14
Er zijn 21 woorden beginnend met SOUFsoufer souffle soufflé souffleer souffleerde souffleerden souffleert souffleetje souffleetjes souffleren soufflerend soufflerende soufflés souffleur souffleurs souffleurtje souffleurtjes souffleuses souffleusetje souffleusetjes soufrem 27 definities gevonden- soufer — n. (Jiddisch-Hebreeuws) schrijver, schriftgeleerde.
- souffle — n. (Medisch) hartgeruis.
- soufflé — n. (Voeding) warm gerecht met geklopt eiwit. — n. Uitzetbare vouw of wand van een tas met koffermodel, plooi.
- souffleer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van souffleren. — w. Gebiedende wijs van souffleren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van souffleren.
- souffleerde — w. Enkelvoud verleden tijd van souffleren.
- souffleerden — w. Meervoud verleden tijd van souffleren.
- souffleert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van souffleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van souffleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van souffleren.
- souffleetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord soufflé.
- souffleetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord soufflé.
- souffleren — w. (Toneel) een toneelrol zachtjes voorzeggen. — w. Laten opkomen of zwellen (d.m.v. geklopt eiwit met veel lucht…
- soufflerend — w. Onvoltooid deelwoord van souffleren.
- soufflerende — w. Verbogen vorm van soufflerend, het onvoltooid deelwoord van souffleren.
- soufflés — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord soufflé.
- souffleur — n. (Beroep) (toneel) iemand die souffleert (gedeeltes van een rol voorzegt).
- souffleurs — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord souffleur.
- souffleurtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord souffleur.
- souffleurtjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord souffleur.
- souffleuses — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord souffleuse.
- souffleusetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord souffleuse.
- souffleusetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord souffleuse.
- soufrem — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord soufer.
Zie deze lijst voor:
|