|
Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 13 14
Er zijn 25 woorden beginnend met TOEHtoehaal toehaalde toehaalden toehaalt toehalen toehalend toehalende toehap toehappen toehappend toehappende toehapt toehapte toehapten toehoor toehoorde toehoorden toehoorder toehoorders toehoordertje toehoordertjes toehoort toehoren toehorend toehorende 31 definities gevonden- toehaal — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehalen.
- toehaalde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toehalen.
- toehaalden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van toehalen.
- toehaalt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehalen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehalen.
- toehalen — w. Wederkerend naar zich toehalen: zich directer ergens mee bemoeien;… — w. Dichttrekken.
- toehalend — w. Onvoltooid deelwoord van toehalen.
- toehalende — w. Verbogen vorm van toehalend, het onvoltooid deelwoord van toehalen.
- toehap — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehappen.
- toehappen — w. Inergatief met graagte op ingaan, een gelegenheid aangrijpen.
- toehappend — w. Onvoltooid deelwoord van toehappen.
- toehappende — w. Verbogen vorm van toehappend, het onvoltooid deelwoord van toehappen.
- toehapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehappen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehappen.
- toehapte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toehappen.
- toehapten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van toehappen.
- toehoor — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehoren.
- toehoorde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toehoren.
- toehoorden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van toehoren.
- toehoorder — n. (Communicatie) iemand die luistert naar wat gezegd of gespeeld… — n. Publiek, luisteraar.
- toehoorders — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord toehoorder.
- toehoordertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord toehoorder.
- toehoordertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord toehoorder.
- toehoort — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehoren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehoren.
- toehoren — w. Met veel aandacht luisteren. — w. Eigendom zijn van iemand.
- toehorend — w. Onvoltooid deelwoord van toehoren.
- toehorende — w. Verbogen vorm van toehorend, het onvoltooid deelwoord van toehoren.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 7 woorden
- Frans WikiWoordenboek: geen woord
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |