Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de zesde letter te kiezen
Klik om de vijfde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 19 20
Er zijn 22 woorden beginnend met TROEFtroef troefaas troef␣af troefazen troefcall troefcallcompetitie troefcallcompetities troefcallde troefcallden troefcallen troefcallend troefcallt troefde troefde␣af troefden troefden␣af troefje troefjes troefkaart troefkaarten troeft troeft␣af 36 definities gevonden- troef — n. (Kaartspel) een kaart van een kleur die hogere waarde heeft… — n. (Figuurlijk) een verborgen voordeel. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van troeven.
- troefaas — n. (Kaartspel) de/het aas van de troefkleur; de hoogste kaart van het spel. — n. (Figuurlijk) de belangrijkste, sterkste deelnemer in een wedstrijd.
- troef␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftroeven. — w. Gebiedende wijs van aftroeven. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftroeven.
- troefazen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord troefaas.
- troefcall — n. (Kaartspel) een Surinaams kaartspel dat lijkt op klaverjassen en hartenjagen. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van troefcallen. — w. Gebiedende wijs van troefcallen.
- troefcallcompetitie — n. (Kaartspel) reeks wedstrijden van een (Surinaams) kaartspel…
- troefcallcompetities — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord troefcallcompetitie.
- troefcallde — w. Enkelvoud verleden tijd van troefcallen.
- troefcallden — w. Meervoud verleden tijd van troefcallen.
- troefcallen — w. (Kaartspel) het spelen van het Surinaamse kaartspel troefcall.
- troefcallend — w. Onvoltooid deelwoord van troefcallen.
- troefcallt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van troefcallen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van troefcallen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van troefcallen.
- troefde — w. Enkelvoud verleden tijd van troeven.
- troefde␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van aftroeven.
- troefden — w. Meervoud verleden tijd van troeven.
- troefden␣af — w. Meervoud verleden tijd van aftroeven.
- troefje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord troef.
- troefjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord troef.
- troefkaart — n. (Kaartspel) kaart die hoort bij de soort die troef is (klaveren… — n. Beslissend voordeel boven een concurrent dat aanvankelijk verborgen bleef.
- troefkaarten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord troefkaart.
- troeft — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van troeven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van troeven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van troeven.
- troeft␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftroeven. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftroeven. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aftroeven.
|