|
Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13
Er zijn 16 woorden beginnend met UITCuitcheck uitchecken uitcheckend uitcheckende uitcheckpaal uitcheckpalen uitcheckt uitcheckte uitcheckten uitcijfer uitcijferde uitcijferden uitcijferen uitcijferend uitcijferende uitcijfert 19 definities gevonden- uitcheck — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitchecken.
- uitchecken — w. (Informatica) bepaalde handelingen verrichten bij het verlaten…
- uitcheckend — w. Onvoltooid deelwoord van uitchecken.
- uitcheckende — w. Verbogen vorm van uitcheckend, het onvoltooid deelwoord van uitchecken.
- uitcheckpaal — n. Paal waarbij men kan uitchecken zoals gebruikt bij het openbaar vervoer.
- uitcheckpalen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord uitcheckpaal.
- uitcheckt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitchecken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitchecken.
- uitcheckte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitchecken.
- uitcheckten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van uitchecken.
- uitcijfer — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitcijferen.
- uitcijferde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van uitcijferen.
- uitcijferden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van uitcijferen.
- uitcijferen — w. Berekenen, becijferen, calculeren. — w. Een moeilijk te lezen iets proberen te lezen.
- uitcijferend — w. Onvoltooid deelwoord van uitcijferen.
- uitcijferende — w. Verbogen vorm van uitcijferend, het onvoltooid deelwoord van uitcijferen.
- uitcijfert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitcijferen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitcijferen.
| |