Lijst met woorden beginnend met Snelle modus Klik om de achtste letter te kiezen
Klik om de zevende letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 17
Er zijn 22 woorden beginnend met VERBOUWverbouw verbouwde verbouwden verbouwen verbouwend verbouwende verbouwer verbouwereer verbouwereerd verbouwereerde verbouwereerden verbouwereerdheid verbouwereert verbouwereren verbouwererend verbouwererende verbouwers verbouwing verbouwingen verbouwinkje verbouwinkjes verbouwt 31 definities gevonden- verbouw — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbouwen. — w. Gebiedende wijs van verbouwen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbouwen.
- verbouwde — w. Enkelvoud verleden tijd van verbouwen.
- verbouwden — w. Meervoud verleden tijd van verbouwen.
- verbouwen — w. Overgankelijk anders bouwen. — w. Overgankelijk planten telen.
- verbouwend — w. Onvoltooid deelwoord van verbouwen.
- verbouwende — w. Verbogen vorm van verbouwend, het onvoltooid deelwoord van verbouwen.
- verbouwer — n. (Beroep) een persoon die dingen verbouwt.
- verbouwereer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbouwereren. — w. Gebiedende wijs van verbouwereren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbouwereren.
- verbouwereerd — bijv. Van zijn stuk gebracht.
- verbouwereerde — w. Enkelvoud verleden tijd van verbouwereren.
- verbouwereerden — w. Meervoud verleden tijd van verbouwereren.
- verbouwereerdheid — n. Het onaangenaam verrast zijn.
- verbouwereert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbouwereren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbouwereren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verbouwereren.
- verbouwereren — w. Overgankelijk van zijn stuk brengen, ontsteld of verlegen maken.
- verbouwererend — w. Onvoltooid deelwoord van verbouwereren.
- verbouwererende — w. Verbogen vorm van verbouwererend, het onvoltooid deelwoord van verbouwereren.
- verbouwers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord verbouwer.
- verbouwing — n. Een bouwkundige wijziging aan een bestaand gebouw.
- verbouwingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord verbouwing.
- verbouwinkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord verbouwing.
- verbouwinkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord verbouwing.
- verbouwt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbouwen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbouwen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verbouwen.
|