Lijst met woorden beginnend met

  Snelle modus

Klik om de zesde letter te kiezen

Klik om de vijfde letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  5  7  8  9  10  12

Er zijn 20 woorden beginnend met WERPT

werpt  ——  werpt␣af  werpt␣in  werp␣toe  werpt␣om  werpt␣op  ——  werpt␣aan  werpt␣toe  werptuig  werpt␣uit  werpt␣weg  ——  werp␣tegen  werp␣terug  werpt␣neer  werpt␣voor  ——  werpt␣omver  werpt␣tegen  werpt␣terug  werptuigen  ——  werpt␣vooruit

57 definities gevonden

• werpt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van werpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van werpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van werpen.
• werpt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afwerpen.
• werpt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inwerpen.
• werp␣toe — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toewerpen. — w. Gebiedende wijs van toewerpen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toewerpen.
• werpt␣om — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van omwerpen.
• werpt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opwerpen.
• werpt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanwerpen.
• werpt␣toe — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toewerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toewerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van toewerpen.
• werptuig — n. Apparaat waarmee men voorwerpen met kracht over grote afstanden kan gooien. — n. Iets wat er speciaal voor gemaakt is om met kracht te kunnen wegwerpen.
• werpt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitwerpen.
• werpt␣weg — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van wegwerpen.
• werp␣tegen — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tegenwerpen. — w. Gebiedende wijs van tegenwerpen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tegenwerpen.
• werp␣terug — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugwerpen. — w. Gebiedende wijs van terugwerpen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugwerpen.
• werpt␣neer — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van neerwerpen.
• werpt␣voor — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van voorwerpen.
• werpt␣omver — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omverwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omverwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van omverwerpen.
• werpt␣tegen — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tegenwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tegenwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van tegenwerpen.
• werpt␣terug — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van terugwerpen.
• werptuigen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord werptuig.
• werpt␣vooruit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vooruitwerpen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vooruitwerpen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vooruitwerpen.

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.