Lijst met woorden van 7 letters beginnend met Snelle modus Klik om de vijfde letter te kiezen
Klik om de vierde letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
Er zijn 20 woorden van zeven letters beginnend met ZEILzeil␣aan zeildag zeilden zeilder zeilend zeilers zeilkar zeillat zeilles zeil␣mee zeiloom zeilpak zeilree zeilt␣af zeilt␣in zeiltje zeilt␣om zeil␣uit zeilval zeil␣weg 37 definities gevonden- zeil␣aan — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzeilen. — w. Gebiedende wijs van aanzeilen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzeilen.
- zeildag — n. Een dag dat men (uit)zeilt. — n. De dag dat men uitzeilt.
- zeilden — w. Meervoud verleden tijd van zeilen.
- zeilder — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zeilderen. — w. Gebiedende wijs van zeilderen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zeilderen.
- zeilend — w. Onvoltooid deelwoord van zeilen.
- zeilers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zeiler.
- zeilkar — n. (Scheepvaart) een in een rail passend systeem om het zeil bij…
- zeillat — n. (Scheepvaart) lat die in het grootzeil zit om dat in vorm te houden.
- zeilles — n. Onderwijs in het varen op windkracht.
- zeil␣mee — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meezeilen. — w. Gebiedende wijs van meezeilen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meezeilen.
- zeiloom — n. Een broer van iemands vader of moeder die vaak vaart of voer in een zeilboot.
- zeilpak — n. Een glad en waterdicht pak dat je beschermt tegen weer en wind.
- zeilree — bijv. Gereed om te gaan zeilen.
- zeilt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzeilen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afzeilen.
- zeilt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzeilen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzeilen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inzeilen.
- zeiltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zeil.
- zeilt␣om — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzeilen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzeilen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van omzeilen.
- zeil␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzeilen. — w. Gebiedende wijs van uitzeilen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzeilen.
- zeilval — n. (Scheepvaart) lijn om een zeil mee te hijsen.
- zeil␣weg — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegzeilen. — w. Gebiedende wijs van wegzeilen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegzeilen.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 1 woord
- Frans WikiWoordenboek: 1 woord
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
|