Lijst met woorden van 8 letters eindigend met Snelle modus Klik om de zesde tot laatste letter te kiezen
Klik om de zesde tot laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11
Er zijn 18 woorden van acht letters eindigend met DTAANaardt␣aan biedt␣aan bindt␣aan boodt␣aan deedt␣aan duidt␣aan gordt␣aan houdt␣aan kondt␣aan laadt␣aan landt␣aan leidt␣aan meldt␣aan raadt␣aan randt␣aan rijdt␣aan weidt␣aan wendt␣aan 48 definities gevonden- aardt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanaarden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanaarden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanaarden.
- biedt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanbieden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanbieden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanbieden.
- bindt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanbinden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanbinden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanbinden.
- boodt␣aan — w. Gij-vorm verleden tijd van aanbieden.
- deedt␣aan — w. Gij-vorm verleden tijd van aandoen.
- duidt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanduiden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanduiden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanduiden.
- gordt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangorden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangorden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aangorden.
- houdt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanhouden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanhouden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanhouden.
- kondt␣aan — w. Gij-vorm verleden tijd van aankunnen.
- laadt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanladen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanladen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanladen.
- landt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanlanden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanlanden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanlanden.
- leidt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanleiden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanleiden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanleiden.
- meldt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanmelden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanmelden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanmelden.
- raadt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanraden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanraden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanraden.
- randt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanranden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanranden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanranden.
- rijdt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanrijden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanrijden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanrijden.
- weidt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanweiden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanweiden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanweiden.
- wendt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanwenden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanwenden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanwenden.
|