Lijst met woorden van 9 letters eindigend met Snelle modus Klik om de vijfde tot laatste letter te kiezen
Klik om de vijfde tot laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12
Er zijn 14 woorden van negen letters eindigend met EEDTaankleedt aansmeedt aantreedt bijtreedt hersmeedt ontkleedt overreedt toetreedt uitkleedt uittreedt verbreedt verkleedt versmeedt vertreedt 35 definities gevonden- aankleedt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aankleden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aankleden.
- aansmeedt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansmeden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansmeden.
- aantreedt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aantreden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aantreden.
- bijtreedt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijtreden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijtreden.
- hersmeedt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hersmeden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hersmeden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van hersmeden.
- ontkleedt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontkleden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontkleden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van ontkleden.
- overreedt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overreden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overreden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van overreden.
- toetreedt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toetreden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toetreden.
- uitkleedt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkleden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkleden.
- uittreedt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uittreden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uittreden.
- verbreedt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbreden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verbreden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verbreden.
- verkleedt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verkleden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verkleden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verkleden.
- versmeedt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versmeden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versmeden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van versmeden.
- vertreedt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vertreden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vertreden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vertreden.
|