Lijst met woorden eindigend met

  Snelle modus

Klik om de zesde tot laatste letter te kiezen

Klik om de zesde tot laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  6  7  8  9  10  11

Er zijn 20 woorden eindigend met ELTIN

beitelt␣in  belt␣in  deelt␣in  dommelt␣in  duffelt␣in  kapselt␣in  kochelt␣in  lepelt␣in  pekelt␣in  regelt␣in  schakelt␣in  sijpelt␣in  smelt␣in  speelt␣in  stelt␣in  voelt␣in  wikkelt␣in  wisselt␣in  zamelt␣in  zwachtelt␣in

58 definities gevonden

• beitelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inbeitelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inbeitelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inbeitelen.
• belt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inbellen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inbellen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inbellen.
• deelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van indelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van indelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van indelen.
• dommelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van indommelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van indommelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van indommelen.
• duffelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van induffelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van induffelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van induffelen.
• kapselt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkapselen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkapselen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inkapselen.
• kochelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkochelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkochelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inkochelen.
• lepelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inlepelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inlepelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inlepelen.
• pekelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inpekelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inpekelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inpekelen.
• regelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inregelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inregelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inregelen.
• schakelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inschakelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inschakelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inschakelen.
• sijpelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van insijpelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van insijpelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van insijpelen.
• smelt␣in — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van insmelten#gebiedende wijs van insmelten.
• speelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inspelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inspelen.
• stelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van instellen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van instellen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van instellen.
• voelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van invoelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van invoelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van invoelen.
• wikkelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwikkelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwikkelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inwikkelen.
• wisselt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwisselen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwisselen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inwisselen.
• zamelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzamelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzamelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inzamelen.
• zwachtelt␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzwachtelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inzwachtelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van inzwachtelen.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 1 woord
• Frans WikiWoordenboek: geen woord
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: 2 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.