Lijst met woorden eindigend met

  Snelle modus

Klik om de vijfde tot laatste letter te kiezen

Klik om de vijfde tot laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  6  7  8  9

Er zijn 25 woorden eindigend met GTOP

legt␣op  zegt␣op  ——  bergtop bergt␣op  daagt␣op  dregt␣op  hangt␣op  hoogt␣op  jaagt␣op  longtop  tuigt␣op  vangt␣op  veegt␣op  volgt␣op  weegt␣op  zuigt␣op  ——  brengt␣op  draagt␣op  dringt␣op  droogt␣op  ploegt␣op  stijgt␣op  vliegt␣op  vraagt␣op  ——  springt␣op

71 definities gevonden

• legt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opleggen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opleggen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opleggen.
• zegt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opzeggen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opzeggen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opzeggen.
• bergtop — n. De top van een berg.
• bergt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbergen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbergen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opbergen.
• daagt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opdagen.
• dregt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdreggen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdreggen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opdreggen.
• hangt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ophangen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ophangen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van ophangen.
• hoogt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ophogen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ophogen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van ophogen.
• jaagt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opjagen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opjagen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opjagen.
• longtop — n. (Anatomie) bovenste deel van een long.
• tuigt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van optuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van optuigen.
• vangt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvangen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvangen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opvangen.
• veegt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvegen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvegen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opvegen.
• volgt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvolgen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvolgen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opvolgen.
• weegt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwegen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opwegen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opwegen.
• zuigt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opzuigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opzuigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opzuigen.
• brengt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbrengen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbrengen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opbrengen.
• draagt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdragen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdragen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opdragen.
• dringt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdringen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdringen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opdringen.
• droogt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdrogen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opdrogen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opdrogen.
• ploegt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opploegen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opploegen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opploegen.
• stijgt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opstijgen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opstijgen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opstijgen.
• vliegt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvliegen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvliegen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opvliegen.
• vraagt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvragen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvragen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opvragen.
• springt␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opspringen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opspringen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opspringen.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 7 woorden
• Frans WikiWoordenboek: geen woord
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.