Lijst met woorden eindigend met Snelle modus Klik om de vijfde tot laatste letter te kiezen
Klik om de vijfde tot laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9
Er zijn 14 woorden eindigend met IUITbloei␣uit draai␣uit gloei␣uit gooi␣uit groei␣uit kraai␣uit roei␣uit strooi␣uit vloei␣uit vlooi␣uit waai␣uit woei␣uit zaai␣uit zwaai␣uit 40 definities gevonden- bloei␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbloeien. — w. Gebiedende wijs van uitbloeien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbloeien.
- draai␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdraaien. — w. Gebiedende wijs van uitdraaien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdraaien.
- gloei␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgloeien. — w. Gebiedende wijs van uitgloeien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgloeien.
- gooi␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgooien. — w. Gebiedende wijs van uitgooien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgooien.
- groei␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgroeien. — w. Gebiedende wijs van uitgroeien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitgroeien.
- kraai␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkraaien. — w. Gebiedende wijs van uitkraaien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkraaien.
- roei␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitroeien. — w. Gebiedende wijs van uitroeien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitroeien.
- strooi␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitstrooien. — w. Gebiedende wijs van uitstrooien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitstrooien.
- vloei␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvloeien. — w. Gebiedende wijs van uitvloeien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvloeien.
- vlooi␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvlooien. — w. Gebiedende wijs van uitvlooien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvlooien.
- waai␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitwaaien. — w. Gebiedende wijs van uitwaaien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitwaaien.
- woei␣uit — w. Enkelvoud verleden tijd van uitwaaien.
- zaai␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzaaien. — w. Gebiedende wijs van uitzaaien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzaaien.
- zwaai␣uit — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzwaaien. — w. Gebiedende wijs van uitzwaaien. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitzwaaien.
|