Lijst met woorden eindigend met Snelle modus Klik om de zevende tot laatste letter te kiezen
Klik om de zevende tot laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12
Er zijn 19 woorden eindigend met IDEERTelideert oxideert —— decideert incideert resideert revideert solideert valideert —— collideert kandideert liquideert presideert —— coïncideert fluorideert intimideert invalideert peroxideert revalideert —— consolideert 57 definities gevonden- elideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van elideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van elideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van elideren.
- oxideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oxideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oxideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van oxideren.
- decideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van decideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van decideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van decideren.
- incideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van incideren.
- resideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van resideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van resideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van resideren.
- revideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van revideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van revideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van revideren.
- solideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van solideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van solideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van solideren.
- valideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van valideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van valideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van valideren.
- collideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van collideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van collideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van collideren.
- kandideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kandideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kandideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van kandideren.
- liquideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van liquideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van liquideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van liquideren.
- presideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van presideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van presideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van presideren.
- coïncideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van coïncideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van coïncideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van coïncideren.
- fluorideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fluorideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fluorideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van fluorideren.
- intimideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intimideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van intimideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van intimideren.
- invalideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van invalideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van invalideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van invalideren.
- peroxideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van peroxideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van peroxideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van peroxideren.
- revalideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van revalideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van revalideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van revalideren.
- consolideert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van consolideren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van consolideren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van consolideren.
|