Lijst met woorden van 9 letters eindigend met Snelle modus Klik om de vijfde tot laatste letter te kiezen
Klik om de vijfde tot laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 7 8 9 10 11 12 13 14 15 19
Er zijn 25 woorden van negen letters eindigend met LOEGbouwploeg doodsloeg doorploeg doorsloeg duikploeg fijnsloeg filmploeg gadesloeg haakploeg kaalsloeg keerploeg kernploeg knokploeg kookploeg kuisploeg neersloeg opensloeg oversloeg platsloeg raaksloeg stuksloeg vastsloeg voorsloeg werkploeg zwemploeg 27 definities gevonden- bouwploeg — n. (Bouwkunde) team bouwers.
- doodsloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van doodslaan.
- doorploeg — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorploegen. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorploegen. — w. Gebiedende wijs van doorploegen.
- doorsloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van doorslaan.
- duikploeg — n. Groep duikers en hun helpers.
- fijnsloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van fijnslaan.
- filmploeg — n. Groep van mensen die direct betrokken is bij filmopnames.
- gadesloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van gadeslaan.
- haakploeg — n. (Landbouw) een ploeg die de grond slechts opentrekt.
- kaalsloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van kaalslaan.
- keerploeg — n. (Landbouw) werktuig dat de aarde opensnijdt en omkeert.
- kernploeg — n. Groep van topsporters die meedoen aan internationale wedstrijden.
- knokploeg — n. Groep personen die in opdracht en in georganiseerd verband…
- kookploeg — n. Groep mensen die (een deel van) een maaltijd bereidt.
- kuisploeg — n. Een groep samenwerkende schoonmakers.
- neersloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van neerslaan.
- opensloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van openslaan.
- oversloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van overslaan.
- platsloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van platslaan.
- raaksloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van raakslaan.
- stuksloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van stukslaan.
- vastsloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van vastslaan.
- voorsloeg — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voorslaan.
- werkploeg — n. Een groep van werklieden die samenwerkt.
- zwemploeg — n. Zwemmers die als groep aan wedstrijden meedoen.
|