|
Lijst met woorden eindigend met Snelle modus Klik om de zevende tot laatste letter te kiezen
Klik om de zevende tot laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12
Er zijn 21 woorden eindigend met NIJDENsnijden —— benijden —— afsnijden besnijden insnijden opsnijden —— aansnijden bijsnijden lossnijden toesnijden uitsnijden versnijden wegsnijden —— doorsnijden fijnsnijden opensnijden oversnijden voorsnijden —— draadsnijden kleinsnijden krieë␣snijden 38 definities gevonden- snijden — w. Overgankelijk met een scherp voorwerp in stukken delen. — w. Met een scherpvoorwerp afbeeldingen in hout snijden. — w. Overgankelijk (bridge) de tegenstander een hoge kaart, gewoonlijk…
- benijden — w. Overgankelijk wensen dat men zelf mocht hebben wat een ander…
- afsnijden — w. Overgankelijk ergens een stuk vanaf halen, bekorten, inkorten. — w. Overgankelijk rakelings langs iemand naar dezelfde weghelft… — w. Overgankelijk een afkorting in een traject nemen, een weg bekorten.
- besnijden — w. Overgankelijk door snijden vormen, bewerken. — w. Overgankelijk (bij mannen) de voorhuid van de penis wegsnijden. — w. Overgankelijk (bij vrouwen) de clitoris, clitorishoed of schaamlippen…
- insnijden — w. Overgankelijk een snee maken in. — w. Overgankelijk door snijden ergens in aanbrengen.
- opsnijden — w. Onovergankelijk opscheppen, snoeven. — w. Overgankelijk snijden tot alles op is.
- aansnijden — w. Overgankelijk het eerste stuk er afsnijden. — w. Overgankelijk over iets beginnen. — w. (Sport) de bal met de binnen- of buitenkant van de voet naar…
- bijsnijden — w. Overgankelijk door te snijden de gewenste vorm geven aan. — w. Overgankelijk wijzigen, verbeteren.
- lossnijden — w. Met een scherpvoorwerp, iets dat vast zit aan iets anders, los maken.
- toesnijden — w. In een bepaalde vorm snijden.
- uitsnijden — w. Overgankelijk (kleding) uit een lap stof knippen. — w. Overgankelijk door snijden uit een groter geheel afzonderen. — w. Overgankelijk door snijden in model brengen.
- versnijden — w. Overgankelijk in stukken snijden. — w. Overgankelijk aanlengen met iets van mindere kwaliteit.
- wegsnijden — w. Overgankelijk met een mes verwijderen.
- doorsnijden — w. Overgankelijk in twee losse stukken snijden. — w. Overgankelijk dwars door een bepaald gebied voeren.
- fijnsnijden — w. Overgankelijk in heel kleine stukjes maken met een mes.
- opensnijden — w. Door snijden openen of door snijden een opening maken.
- oversnijden — w. Helemaal over een oppervlakte snijden. — w. Doorsnijden.
- voorsnijden — w. (Kookkunst) overgankelijk snijden voor het opdienen.
- draadsnijden — w. (Werktuigbouwkunde) het aanbrengen van schroefdraad met een snij-ijzer.
- kleinsnijden — w. Overgankelijk aan kleine stukjes snijden.
- krieë␣snijden — fr. (Jiddisch-Hebreeuws) het maken van een scheur in kleding… — fr. (Jiddisch-Hebreeuws) in ’z’n krieë snijden’: tegenslag ondervinden.
| |