Lijst met woorden van 6 letters eindigend met

  Snelle modus

Klik om de vierde tot laatste letter te kiezen

Klik om de vierde tot laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  5  6  7  8

Er zijn 23 woorden van zes letters eindigend met SAF

bies␣af  blus␣af  dans␣af  gris␣af  kets␣af  kras␣af  kuis␣af  lees␣af  luis␣af  moesaf  neus␣af  pers␣af  pits␣af  raas␣af  rees␣af  reis␣af  rijs␣af  rits␣af  ruis␣af  vees␣af  vijs␣af  wees␣af  wijs␣af

63 definities gevonden

• bies␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbiezen. — w. Gebiedende wijs van afbiezen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbiezen.
• blus␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afblussen. — w. Gebiedende wijs van afblussen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afblussen.
• dans␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdansen. — w. Gebiedende wijs van afdansen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afdansen.
• gris␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afgrissen. — w. Gebiedende wijs van afgrissen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afgrissen.
• kets␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afketsen. — w. Gebiedende wijs van afketsen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afketsen.
• kras␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkrassen. — w. Gebiedende wijs van afkrassen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkrassen.
• kuis␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkuisen. — w. Gebiedende wijs van afkuisen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkuisen.
• lees␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflezen. — w. Gebiedende wijs van aflezen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aflezen.
• luis␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afluizen. — w. Gebiedende wijs van afluizen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afluizen.
• moesaf — n. (Jiddisch-Hebreeuws) toegevoegd offer op sjabbat en feestdagen. — n. (Jiddisch-Hebreeuws) toegevoegd gebed op sjabbat en feestdagen. — n. (Jiddisch-Hebreeuws) supplement, bijlage.
• neus␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afneuzen. — w. Gebiedende wijs van afneuzen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afneuzen.
• pers␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpersen. — w. Gebiedende wijs van afpersen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpersen.
• pits␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpitsen. — w. Gebiedende wijs van afpitsen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpitsen.
• raas␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afrazen. — w. Gebiedende wijs van afrazen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afrazen.
• rees␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afrijzen.
• reis␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afreizen. — w. Gebiedende wijs van afreizen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afreizen.
• rijs␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afrijzen. — w. Gebiedende wijs van afrijzen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afrijzen.
• rits␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afritsen. — w. Gebiedende wijs van afritsen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afritsen.
• ruis␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afruisen. — w. Gebiedende wijs van afruisen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afruisen.
• vees␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afvijzen.
• vijs␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvijzen. — w. Gebiedende wijs van afvijzen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afvijzen.
• wees␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afwijzen.
• wijs␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwijzen. — w. Gebiedende wijs van afwijzen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afwijzen.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 4 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 2 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.