Lijst met woorden eindigend met Snelle modus Klik om de zevende tot laatste letter te kiezen
Klik om de zevende tot laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 8 9 10 15
Er zijn 10 woorden eindigend met SMEERTaansmeert afsmeert besmeert bijsmeert doorsmeert enthousiasmeert insmeert opsmeert smeert uitsmeert 23 definities gevonden- aansmeert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansmeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansmeren.
- afsmeert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsmeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsmeren.
- besmeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besmeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besmeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van besmeren.
- bijsmeert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijsmeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijsmeren.
- doorsmeert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorsmeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorsmeren.
- enthousiasmeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van enthousiasmeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van enthousiasmeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van enthousiasmeren.
- insmeert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van insmeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van insmeren.
- opsmeert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opsmeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opsmeren.
- smeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van smeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van smeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van smeren.
- uitsmeert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsmeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitsmeren.
|