Lijst met woorden van 10 letters eindigend met Snelle modus Klik om de zesde tot laatste letter te kiezen
Klik om de zesde tot laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 7 8 9 10 11 12 13 14
Er zijn 15 woorden van tien letters eindigend met THUISbleef␣thuis blijf␣thuis breng␣thuis hield␣thuis hoort␣thuis horen␣thuis houdt␣thuis komen␣thuis laten␣thuis schijthuis slachthuis stuur␣thuis vluchthuis werkt␣thuis zaten␣thuis 28 definities gevonden- bleef␣thuis — w. Enkelvoud verleden tijd van thuisblijven.
- blijf␣thuis — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisblijven. — w. Gebiedende wijs van thuisblijven. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisblijven.
- breng␣thuis — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisbrengen. — w. Gebiedende wijs van thuisbrengen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuisbrengen.
- hield␣thuis — w. Enkelvoud verleden tijd van thuishouden.
- hoort␣thuis — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuishoren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuishoren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van thuishoren.
- horen␣thuis — w. Meervoud tegenwoordige tijd van thuishoren.
- houdt␣thuis — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuishouden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuishouden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van thuishouden.
- komen␣thuis — w. Meervoud tegenwoordige tijd van thuiskomen.
- laten␣thuis — w. Meervoud tegenwoordige tijd van thuislaten.
- schijthuis — n. (Verouderd) afgesloten ruimte met toilet.
- slachthuis — n. Een bedrijf waar dieren geslacht worden.
- stuur␣thuis — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuissturen. — w. Gebiedende wijs van thuissturen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuissturen.
- vluchthuis — n. Een Belgisch opvangcentrum voor vrouwen die mishandeld of bedreigd… — n. Toevluchtsoord in het algemeen.
- werkt␣thuis — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuiswerken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van thuiswerken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van thuiswerken.
- zaten␣thuis — w. Meervoud verleden tijd van thuiszitten.
|