Woordenlijsten Zoek woorden

Lijst met woorden van 6 letters bevattend met

Snelle modus

Klik om een vierde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetischAllemaal op maat456789101112131415161718192021


Er zijn 21 woorden van zes letters bevattend met ASP

afraspaspectaspicsaspuntCasparCaspergaspakgaspitgerasphaspelJasperjaspisKaspernaspelpaspoprasp␣afraspenrasperraspjerasptewaspit

32 definities gevonden

  • afrasp — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afraspen.
  • aspect — n. Kant of zijde waar je naar kijkt (aan een kwestie of object). — n. Visie. — n. (Astrologie) relatieve positie van hemellichamen zoals ze voor…
  • aspics — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord aspic.
  • aspunt — n. Het puntige uiteinde van sommige assen (horloges).
  • Caspar — eig. (Mannelijke naam) jongensnaam.
  • Casper — eig. (Mannelijke naam) jongensnaam.
  • gaspak — n. Een speciaal type beschermende kleding dat de gebruiker beschermt…
  • gaspit — n. Een gasbrander waarop men kan koken; deel van een gasfornuis.
  • gerasp — n. Aanhoudend of langduriger een schurend geluid maken.
  • haspel — n. Een werktuig voor het op- of afwinden van kabels, slangen enz. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van haspelen. — w. Gebiedende wijs van haspelen.
  • Jasper — eig. (Mannelijke naam) jongensnaam.
  • jaspis — n. (Mineraal) een halfedelsteen; een onzuivere variant van kwarts.
  • Kasper — eig. (Mannelijke naam) jongensnaam.
  • naspel — n. (Muziek) de dans, het toneel of de muziek ter afsluiting van… — n. (Seksualiteit) de anticlimax na de coïtus.
  • paspop — n. (Gereedschap) pop waarop men gemaakte kleren past.
  • rasp␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afraspen. — w. Gebiedende wijs van afraspen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afraspen.
  • raspen — w. (Kookkunst) met een rasp afvijlen en fijnmaken. — w. Afschuren. — w. Een ruw, schrapend geluid maken.
  • rasper — n. Iemand die raspt (zie ook rasphuis).
  • raspje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord rasp.
  • raspte — w. Enkelvoud verleden tijd van raspen.
  • waspit — n. Lucifer. — n. Meisje dat op een waskaarsfabriek werkt. — n. Waskaars.
Vorige lijstVolgende lijst
Willekeurig woordTerug naar boven

Zie deze lijst voor:



Ortograf Inc.Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid.
© Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.