|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12
Er zijn 20 woorden bevattend met AANSJaansjok aansjokken aansjokkend aansjokt aansjokte aansjokten aansjor aansjorde aansjorden aansjorren aansjorrend aansjorrende aansjort aansjouw aansjouwde aansjouwden aansjouwen aansjouwend aansjouwende aansjouwt 23 definities gevonden- aansjok — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansjokken.
- aansjokken — w. Met lompe, zware tred langzaam naderen.
- aansjokkend — w. Onvoltooid deelwoord van aansjokken.
- aansjokt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansjokken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansjokken.
- aansjokte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aansjokken.
- aansjokten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van aansjokken.
- aansjor — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansjorren.
- aansjorde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aansjorren.
- aansjorden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van aansjorren.
- aansjorren — w. Overgankelijk vastsjorren.
- aansjorrend — w. Onvoltooid deelwoord van aansjorren.
- aansjorrende — w. Verbogen vorm van aansjorrend, het onvoltooid deelwoord van aansjorren.
- aansjort — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansjorren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansjorren.
- aansjouw — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansjouwen.
- aansjouwde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aansjouwen.
- aansjouwden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van aansjouwen.
- aansjouwen — w. Ergens komen terwijl men iets meebrengt.
- aansjouwend — w. Onvoltooid deelwoord van aansjouwen.
- aansjouwende — w. Verbogen vorm van aansjouwend, het onvoltooid deelwoord van aansjouwen.
- aansjouwt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansjouwen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aansjouwen.
| |