Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een achtste letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  11  12  13  14  15  16  17

Er zijn 25 woorden bevattend met ABILISE

culpabiliseer  culpabiliseerde  culpabiliseerden  culpabiliseert  culpabiliseren  culpabiliserend  culpabiliserende  destabiliseer  destabiliseerde  destabiliseerden  destabiliseert  destabiliseren  destabiliserend  destabiliserende  destabilisering  destabiliseringen  stabiliseer  stabiliseerde  stabiliseerden  stabiliseert  stabiliseren  stabiliserend  stabiliserende  stabilisering  stabiliseringen

40 definities gevonden

• culpabiliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van culpabiliseren. — w. Gebiedende wijs van culpabiliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd…
• culpabiliseerde — w. Enkelvoud verleden tijd van culpabiliseren.
• culpabiliseerden — w. Meervoud verleden tijd van culpabiliseren.
• culpabiliseert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van culpabiliseren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van culpabiliseren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van culpabiliseren.
• culpabiliseren — w. Iemand beschuldigen of zichzelf schuldig laten voelen.
• culpabiliserend — w. Onvoltooid deelwoord van culpabiliseren.
• culpabiliserende — w. Verbogen vorm van culpabiliserend, het onvoltooid deelwoord…
• destabiliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van destabiliseren. — w. Gebiedende wijs van destabiliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd…
• destabiliseerde — w. Enkelvoud verleden tijd van destabiliseren.
• destabiliseerden — w. Meervoud verleden tijd van destabiliseren.
• destabiliseert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van destabiliseren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van destabiliseren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van destabiliseren.
• destabiliseren — w. Ergatief zijn stabiliteit verliezen. — w. Overgankelijk zijn stabiliteit doen verliezen.
• destabiliserend — w. Onvoltooid deelwoord van destabiliseren.
• destabiliserende — w. Verbogen vorm van destabiliserend, het onvoltooid deelwoord…
• destabilisering — n. Het destabiliseren.
• destabiliseringen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord destabilisering.
• stabiliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stabiliseren. — w. Gebiedende wijs van stabiliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stabiliseren.
• stabiliseerde — w. Enkelvoud verleden tijd van stabiliseren.
• stabiliseerden — w. Meervoud verleden tijd van stabiliseren.
• stabiliseert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stabiliseren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stabiliseren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van stabiliseren.
• stabiliseren — w. Overgankelijk stabiel maken, bestendigen. — w. Ergatief stabiel worden.
• stabiliserend — w. Onvoltooid deelwoord van stabiliseren. — bijv. Onrust tegengaand.
• stabiliserende — w. Verbogen vorm van stabiliserend, het onvoltooid deelwoord van stabiliseren.
• stabilisering — n. Het stabiliseren.
• stabiliseringen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord stabilisering.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 39 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 3066 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.