Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 10 11 12 13 14 15
Er zijn 17 woorden bevattend met ANGELISevangelist —— evangelisch evangelisme evangeliste —— evangeliseer evangelisten evangelistes evangelistje —— evangelisatie evangeliseert evangeliseren evangelistjes —— evangelisaties evangeliseerde evangeliserend —— evangeliseerden evangeliserende 23 definities gevonden- evangelist — n. (Religie) volgeling van Jesus die het verhaal van zijn leven… — n. (Beroep) verkondiger van het christelijke geloof met name aan niet-gelovigen.
- evangelisch — bijv. In overeenstemming met het Evangelie en minder gericht op…
- evangelisme — n. (Religie) verkondiging van het evangelie.
- evangeliste — n. (Beroep) vrouw die het christelijke geloof verkondigd, vooral… — n. (Figuurlijk) vrouw die voortdurend andere mensen probeert te…
- evangeliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van evangeliseren. — w. Gebiedende wijs van evangeliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van evangeliseren.
- evangelisten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord evangelist.
- evangelistes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord evangeliste.
- evangelistje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord evangelist.
- evangelisatie — n. (Religie) verbreiding van het evangelie onder ongelovigen of andersdenkenden.
- evangeliseert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van evangeliseren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van evangeliseren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van evangeliseren.
- evangeliseren — w. (Religie) overgankelijk het evangelie verkondigen aan of verbreiden onder.
- evangelistjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord evangelist.
- evangelisaties — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord evangelisatie.
- evangeliseerde — w. Enkelvoud verleden tijd van evangeliseren.
- evangeliserend — w. Onvoltooid deelwoord van evangeliseren.
- evangeliseerden — w. Meervoud verleden tijd van evangeliseren.
- evangeliserende — w. Verbogen vorm van evangeliserend, het onvoltooid deelwoord van evangeliseren.
Zie deze lijst voor:
|