Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12
Er zijn 16 woorden bevattend met BLAMblamen leblam —— blamage blameer —— blamages blameert blameren —— blameerde blamerend —— blamagetje blameerden blamerende —— blamagetjes leblammeren leblammetje —— leblammetjes 21 definities gevonden- blamen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord blaam.
- leblam — n. (Veeteelt) jong schaap dat niet door de moeder wordt gezoogd…
- blamage — n. Een afgang veroorzaakt door eigen falen.
- blameer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blameren. — w. Gebiedende wijs van blameren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blameren.
- blamages — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord blamage.
- blameert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blameren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blameren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van blameren.
- blameren — w. Overgankelijk te schande maken, onteren. — w. Wederkerend in kwaden naam brengen.
- blameerde — w. Enkelvoud verleden tijd van blameren.
- blamerend — w. Onvoltooid deelwoord van blameren.
- blamagetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord blamage.
- blameerden — w. Meervoud verleden tijd van blameren.
- blamerende — w. Verbogen vorm van blamerend, het onvoltooid deelwoord van blameren.
- blamagetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord blamage.
- leblammeren — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord leblam.
- leblammetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord leblam.
- leblammetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord leblam.
Zie deze lijst voor:
|