|
Lijst met woorden van 9 letters bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 24 woorden van negen letters bevattend met BESTEafbestelt bestedend besteding besteedde bestekbak bestekend bestekjes bestekken bestelbon bestelbus bestelden bestelend bestellen besteller bestelt␣af bestelt␣na bestemden bestemmen bestemoer bestempel bestendig besterven nabestelt onbestemd 41 definities gevonden- afbestelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbestellen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbestellen.
- bestedend — w. Onvoltooid deelwoord van besteden.
- besteding — n. (Economie) het uitgeven van geld of andere middelen. — n. Het gebruik of aanwenden.
- besteedde — w. Enkelvoud verleden tijd van besteden.
- bestekbak — n. (Huishouden) in vakjes onderverdeelde bak om bestek gesorteerd in te bewaren.
- bestekend — w. Onvoltooid deelwoord van besteken.
- bestekjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bestek.
- bestekken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bestek.
- bestelbon — n. Bon waarop de gegevens van een bestelling staan.
- bestelbus — n. Een auto die structureel ingericht is voor het vervoer van goederen.
- bestelden — w. Meervoud verleden tijd van bestellen.
- bestelend — w. Onvoltooid deelwoord van bestelen.
- bestellen — w. Overgankelijk afspreken dat goederen of diensten geleverd zullen worden. — w. Overgankelijk bespreken, reserveren. — w. Overgankelijk aan huis bezorgen (leveren).
- besteller — n. De besteller bracht iedere week precies op tijd de brieven.
- bestelt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbestellen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afbestellen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afbestellen.
- bestelt␣na — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabestellen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabestellen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van nabestellen.
- bestemden — w. Meervoud verleden tijd van bestemmen.
- bestemmen — w. Overgankelijk een bepaald doel, functie voor iets aanwijzen. — w. Zenden aan, geven aan, bewaren voor.
- bestemoer — n. Oude vrouw. — n. (Verouderd) (familie) grootmoeder, oma.
- bestempel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bestempelen. — w. Gebiedende wijs van bestempelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bestempelen.
- bestendig — bijv. Duurzaam, blijvend, niet veranderlijk, permanent. — bijv. Bestendige opdracht aan de bank: machtiging tot periodieke… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bestendigen.
- besterven — w. Ergatief het begin van het ontbindingsproces na de dood ondergaan. — w. Ergatief overdrachtelijk verdwijnen alsof iets sterft. — w. Ergatief het ~ bijzonder ergens van schrikken of van zijn stuk…
- nabestelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabestellen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabestellen.
- onbestemd — bijv. Onduidelijk, verward, dreigend, vaag.
Zie deze lijst voor:
| |