Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een zesde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  6  7  8  9  10  11  12  13

Er zijn 23 woorden bevattend met BENOE

benoem  ——  benoemt  rabenoe  ——  benoemde  benoemen  ——  benoemden  benoemend  benoeming  herbenoem  onbenoemd  ——  benoembaar  benoemende  herbenoemt  ——  benoemingen  benoeminkje  herbenoemde  herbenoemen  vastbenoemd  zelfbenoemd  ——  benoeminkjes  herbenoemden  herbenoemend  ——  herbenoembaar

34 definities gevonden

• benoem — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van benoemen. — w. Gebiedende wijs van benoemen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van benoemen.
• benoemt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van benoemen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van benoemen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van benoemen.
• rabenoe — n. (Jiddisch-Hebreeuws) eretitel voor Torageleerden in de oudheid…
• benoemde — w. Enkelvoud verleden tijd van benoemen.
• benoemen — w. Overgankelijk ~ tot iemand aanwijzen voor het vervullen van een bepaald ambt. — w. Overgankelijk (taalkunde) ~ als vaststellen tot welke woordsoort… — w. Iets een naam geven.
• benoemden — w. Meervoud verleden tijd van benoemen.
• benoemend — w. Onvoltooid deelwoord van benoemen.
• benoeming — n. Het toewijzen van een ambt aan iemand.
• herbenoem — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herbenoemen. — w. Gebiedende wijs van herbenoemen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herbenoemen.
• onbenoemd — bijv. Waar geen naam of woord voor is gegeven.
• benoembaar — bijv. Dat iemand verkiesbaar is voor een functie. — bijv. Eigenschappen hebbend die voldoende zijn om een functie…
• benoemende — w. Verbogen vorm van benoemend, het onvoltooid deelwoord van benoemen.
• herbenoemt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herbenoemen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herbenoemen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van herbenoemen.
• benoemingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord benoeming.
• benoeminkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord benoeming.
• herbenoemde — w. Enkelvoud verleden tijd van herbenoemen.
• herbenoemen — w. Iemand opnieuw aanwijzen voor het vervullen van een bepaald ambt.
• vastbenoemd — bijv. (Economie) een vaste aanstelling hebbend.
• zelfbenoemd — bijv. Van iemand die zichzelf een (openbare) functie of titel heeft gegeven.
• benoeminkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord benoeming.
• herbenoemden — w. Meervoud verleden tijd van herbenoemen.
• herbenoemend — w. Onvoltooid deelwoord van herbenoemen.
• herbenoembaar — bijv. Opnieuw voor een volgende termijn aan te stellen in een functie.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 1 woord
• Frans WikiWoordenboek: geen woord
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.