|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 14
Er zijn 23 woorden bevattend met BESJObesjoechel besjoechelde besjoechelden besjoechelen besjoechelend besjoechelende besjoechelt besjoemel besjoemelde besjoemelden besjoemelen besjoemelend besjoemelende besjoemelt besjokke besjolem besjollem besjollemde besjollemden besjollemen besjollemend besjollemende besjollemt 35 definities gevonden- besjoechel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjoechelen. — w. Gebiedende wijs van besjoechelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjoechelen.
- besjoechelde — w. Enkelvoud verleden tijd van besjoechelen.
- besjoechelden — w. Meervoud verleden tijd van besjoechelen.
- besjoechelen — w. Overgankelijk (informeel) bedriegen.
- besjoechelend — w. Onvoltooid deelwoord van besjoechelen.
- besjoechelende — w. Verbogen vorm van besjoechelend, het onvoltooid deelwoord van besjoechelen.
- besjoechelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjoechelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjoechelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van besjoechelen.
- besjoemel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjoemelen. — w. Gebiedende wijs van besjoemelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjoemelen.
- besjoemelde — w. Enkelvoud verleden tijd van besjoemelen.
- besjoemelden — w. Meervoud verleden tijd van besjoemelen.
- besjoemelen — w. Overgankelijk (informeel) bedriegen.
- besjoemelend — w. Onvoltooid deelwoord van besjoemelen.
- besjoemelende — w. Verbogen vorm van besjoemelend, het onvoltooid deelwoord van besjoemelen.
- besjoemelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjoemelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjoemelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van besjoemelen.
- besjokke — bijv. (Jiddisch-Hebreeuws) gek, krankzinnig.
- besjolem — bijv. (Jiddisch-Hebreeuws) in vrede, in orde, prettig.
- besjollem — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjollemen. — w. Gebiedende wijs van besjollemen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjollemen.
- besjollemde — w. Enkelvoud verleden tijd van besjollemen.
- besjollemden — w. Meervoud verleden tijd van besjollemen.
- besjollemen — w. (Jiddisch-Hebreeuws) betalen.
- besjollemend — w. Onvoltooid deelwoord van besjollemen.
- besjollemende — w. Verbogen vorm van besjollemend, het onvoltooid deelwoord van besjollemen.
- besjollemt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjollemen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van besjollemen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van besjollemen.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: geen woord
- Frans WikiWoordenboek: 1 woord
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |