|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 9 10 11 12 13 15 16 17 18 19
Er zijn 25 woorden bevattend met BETREKbetrek betrekkelijk betrekkelijkheden betrekkelijkheid betrekken betrekkend betrekkende betrekking betrekkingen betrekkinkje betrekkinkjes betrekt dienstbetrekking dienstbetrekkingen familiebetrekking familiebetrekkingen handelsbetrekking handelsbetrekkingen liefdesbetrekking liefdesbetrekkingen met␣betrekking␣tot rijksbetrekking rijksbetrekkingen staatsbetrekking staatsbetrekkingen 35 definities gevonden- betrek — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betrekken. — w. Gebiedende wijs van betrekken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betrekken.
- betrekkelijk — bijv. Enkel waarde of betekenis hebbend in vergelijking met iets… — bijw. Tamelijk, nogal.
- betrekkelijkheden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord betrekkelijkheid.
- betrekkelijkheid — n. Het feit dat een hoedanigheid slechts in verband met iets anders opgeld doet.
- betrekken — w. Overgankelijk zich in een woning installeren. — w. Overgankelijk (artikelen) kopen, verkrijgen, verwerven. — w. Overgankelijk ~ op: in verband of relatie brengen met.
- betrekkend — w. Onvoltooid deelwoord van betrekken.
- betrekkende — w. Verbogen vorm van betrekkend, het onvoltooid deelwoord van betrekken.
- betrekking — n. Een band of relatie. — n. Een bezigheid waaruit men inkomsten haalt, de baan, ambt, post, werkkring. — n. Een verband.
- betrekkingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord betrekking.
- betrekkinkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord betrekking.
- betrekkinkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord betrekking.
- betrekt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betrekken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van betrekken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van betrekken.
- dienstbetrekking — n. (Juridisch) betrekking in dienst van een werkgever, dienstverband.
- dienstbetrekkingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord dienstbetrekking.
- familiebetrekking — n. Relatie tussen verschillende familieleden.
- familiebetrekkingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord familiebetrekking.
- handelsbetrekking — n. Relaties met mensen of organisaties waarmee men handel kan voeren.
- handelsbetrekkingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord handelsbetrekking.
- liefdesbetrekking — n. Verhouding tussen twee of meer mensen die gebaseerd is op liefde.
- liefdesbetrekkingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord liefdesbetrekking.
- met␣betrekking␣tot — voorz. (Formeel) betreffende, aangaande, over.
- rijksbetrekking — n. Een baan de rijksoverheid.
- rijksbetrekkingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord rijksbetrekking.
- staatsbetrekking — n. Functie als bestuurder bij de landelijke overheid. — n. Relatie tussen twee of meer staten.
- staatsbetrekkingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord staatsbetrekking.
| |