Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 9 10 11 12 13 15 16 18 19
Er zijn 17 woorden bevattend met BUIKSPbuikspier buikspieren buikspiertje buikspiertjes buikspraak buikspreek buikspreekpop buikspreekpopje buikspreekpopjes buikspreekpoppen buikspreekpoppetje buikspreekpoppetjes buikspreken buiksprekend buiksprekende buikspreker buiksprekers 17 definities gevonden- buikspier — n. (Biologie) elk van de spieren in de voorwand van de buik.
- buikspieren — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord buikspier.
- buikspiertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord buikspier.
- buikspiertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord buikspier.
- buikspraak — n. (Kunst) de kunst van het buikspreken.
- buikspreek — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van buikspreken.
- buikspreekpop — n. Een pop gebruikt bij het buikspreken.
- buikspreekpopje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord buikspreekpop.
- buikspreekpopjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord buikspreekpop.
- buikspreekpoppen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord buikspreekpop.
- buikspreekpoppetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord buikspreekpop.
- buikspreekpoppetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord buikspreekpop.
- buikspreken — w. Inergatief (kunst) een vorm van poppenspel waarbij de speler…
- buiksprekend — w. Onvoltooid deelwoord van buikspreken.
- buiksprekende — w. Verbogen vorm van buiksprekend, het onvoltooid deelwoord van buikspreken.
- buikspreker — n. (Beroep) iemand die kan buikspreken.
- buiksprekers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord buikspreker.
|